bestemming

{{bestemming}}{{/term}}

1 [bedoeling] intention, purpose ⇒ allocation 〈gelden〉

2 [doel, eindpunt] destination

3 [levensdoel] destiny ⇒ lot, 〈levenstaak〉 vocation

♦voorbeelden:

1   een andere bestemming krijgen • have a change of use

     ergens een bestemming aan geven • put something to a specific use

2   plaats van bestemming • destination

     hij is met onbekende bestemming vertrokken • he has gone without leaving a forwarding address

     zijn bestemming bereiken • reach one's destination

     reizigers met bestemming Groningen moeten hier overstappen • passengers for Groningen, please change here

3   zijn bestemming vinden • find one's vocation